College wil geen ‘app’ voor meldingen openbare ruimte

In februari heeft de raad bij de behandeling van de Visie buitenruimte Gooise Meren een motie van Goois Democratisch Platform aangenomen, waarmee het college werd opgeroepen om de introductie van een app te onderzoeken waarmee inwoners op eenvoudige wijze meldingen kunnen doen als hun iets opvalt in de openbare ruimte. Denk daarbij aan overhangend groen, losliggende stoeptegels, of een defecte verkeersinstallatie. Het gaat jaarlijks om circa 5.000 meldingen.

Het is voor een goede dienstverlening en kwalitatief hoogwaardige buitenruimte belangrijk dat inwoners deze meldingen snel en eenvoudig kunnen doen. Op dit moment kunnen meldingen alleen telefonisch of via een formulier op de website worden gedaan. Er zijn anno 2018 echter diverse mogelijkheden om dit (ook) via een mobiele applicatie te organiseren, hetgeen diverse voordelen kent. Verschillende gemeenten gingen ons hierin al voor, waaronder Huizen en Amsterdam.

In een recent verschenen raadsmededeling doet het college verslag van het onderzoek naar de mogelijke introductie van zo’n app. Conclusie: het college wil geen app introduceren, maar spreekt de voorkeur uit om te blijven werken met het webformulier en dat verder te optimaliseren. Daarvoor worden diverse redenen genoemd, zoals de kosten van de ontwikkeling of het op maat maken van een app en latere updates, de relatie tot het bestaande zaaksysteem en werkprocessen en het gegeven dat gebruikers een app moeten downloaden om een melding te kunnen doen.

Goois Democratisch Platform heeft kennis genomen van deze raadsmededeling en wij hebben ons ook zelf door aanbieders van dergelijke apps laten informeren over de voor- en nadelen. Wij delen de conclusies van het college niet en hebben de volgende schriftelijke vragen aan de wethouder gesteld:

  1. In het coalitieakkoord staat dat “wij een klantvriendelijke, dienstverlenende en faciliterende gemeente willen zijn, die als een i-Overheid op innovatieve wijze de inwoners bereikt en bedient”. Daarnaast wordt gesteld dat burgerparticipatie hoog in het vaandel staat, waarbij ook steeds vernieuwende instrumenten worden gezocht. In hoeverre is de afweging om geen app te introduceren onderdeel van een integrale en gecoördineerde benadering van (burger)participatie binnen de gemeente Gooise Meren, die aansluit bij bovenstaande uitgangspunten? Denkt het college dat webformulieren de toekomst zijn?
  2. Heeft het college in haar onderzoek offertes opgevraagd met een kostenuitsplitsing van de diverse mogelijkheden bij het introduceren van een app voor het doen van meldingen openbare ruimte, alsmede de ontwikkelkosten voor het aanpassen van het huidige webformulier? Zo ja, kunnen die gedeeld worden met de raad? Zo nee, waarom niet? En waarop baseert het college dan het argument dat de ontwikkeling of het op maat maken van een app een “kostbare aangelegenheid” is?
  3. Is bij de kostenafweging ook rekening gehouden met mogelijke efficiency voordelen, doordat meldingen minder vaak worden gedaan (gebruikers kunnen op kaart zien als er al melding is gedaan) en omdat inwoners in de app de afhandeling kunnen volgen, zonder de gemeente daarover actief te benaderen?
  4. Het college geeft aan dat een voordeel van het verbeteren van de huidige werkwijze is, dat er slechts eenmalig ontwikkelkosten gemaakt hoeven te worden voor optimalisatie van het webformulier. Denkt het college niet dat ook het webformulier na verloop van tijd updates moet krijgen? En realiseert het college zich dat de kosten voor updates van apps beperkt kunnen blijven, doordat de gemeente die veelal zelf kan uitvoeren?
  5. Het uitgangspunt van een mobiele app is dat inwoners sneller en eenvoudiger meldingen kunnen doen over iets dat hen opvalt in de openbare ruimte en dat dus ook eerder en vaker zullen doen. Het college gaat er in haar afweging echter van uit dat het downloaden van een app een obstakel vormt en dat inwoners slechts eenmalig een melding zullen doen. Waarom wijkt het college op dit punt af van de algemene opinie, die er juist voor zorgt dat steeds meer gemeenten een app gaan gebruiken?
  6. Er zijn steeds meer gemeenten die naast hun zaaksysteem gebruik maken van een vaktechnische applicatie voor het beheer van meldingen, omdat zo’n applicatie veel verder gaat dan een generiek zaaksysteem. Het college noemt echter als nadeel van een app geïntegreerd in een compleet meld-, afhandelings- en volgsysteem, dat dan sprake is van een zaaksysteem naast het huidige zaaksysteem. Op basis van onze informatie is dat dus onjuist, kan het college op dit onderdeel een nadere toelichting geven?
  7. Heeft het college in haar onderzoek ook geïnformeerd naar de ervaringen die andere gemeenten hebben bij het gebruik van een app voor het doen van meldingen openbare ruimte? (bijv. gemeente Huizen)
  8. Heeft het college overwogen om de mogelijkheid van de introductie van een app eerst voor te leggen aan onze inwoners (de gebruikers), alvorens daar zelf een besluit over te nemen?

Wij zullen uiteraard verslag doen van de beantwoording en afhankelijk daarvan bepalen hoe we hiermee verder willen.